De afgelopen dagen stonden (en staan) de media bol van het diploma-drama bij VMBO Maastricht, een onderdeel van scholenstichting Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO). De diploma’s van alle 354 geslaagde leerlingen zijn door administratieve fouten van de school ongeldig verklaard. Wie de schuldige is, welke oplossingen er mogelijk zijn of de gevolgen laat ik buiten beschouwing. Het is niet aan mij om te oordelen en het debacle kent alleen maar verliezers.

Rolzuiverheid

Wat me echter erg intrigeert in het proces is de rol van de bestuursvoorzitter de heer Postema. Niet inhoudelijk want nogmaals daar mogen anderen over oordelen, nee de rol die hij namens LVO aanneemt richting Minister. Op zich niet vreemd dat een bestuursvoorzitter in tijden van crisis een beroep doet op een minister voor welk dossier dan ook. Het wordt alleen vreemd en ietwat ongemakkelijk als diezelfde bestuursvoorzitter ook nog eens lid is van de Eerste Kamer.

Wie spreekt namens wie?

Namens de PvdA is Andre Postema senator naast zijn hoofdfunctie als voorzitter van het College van Bestuur van LVO. Op zich nog niets mis mee, sterker nog, ik zou elke bestuurder aanraden een of meerdere nevenfuncties te bekleden. Dit komt vaak ten goede aan de organisatie waar je voor werkt. Het verbreedt tevens je kennis en je netwerk. Bij deze bestuursvoorzitter vind ik echter niet handig dat hij in het openbaar een beroep doet op de Minister.

In een uitzending van Nieuwsuur van zaterdag 23 juni 2018 zit een Senator en een Bestuursvoorzitter, vertegenwoordigd in één persoon, die een oproep doet aan de Minister. Dit is niet alleen ongemakkelijk maar ook conflicterend. Dat heeft niets met de boodschap van de heer Postema te maken. Waarom stuurt LVO niet een andere woordvoerder naar Nieuwsuur, iemand die niet lid is van de Staten Generaal. Sterker nog, de Eerste Kamer kan een lid van de Regering bewegen tot aftreden, zo is het de vertrouwensrelatie gedefinieerd. Theoretisch gezien kan de heer Postema dus de Minister ‘bewegen tot aftreden’ mocht hij niet tegemoet komen aan de wens van de heer Postema om ‘barmhartig te zijn’ voor ‘zijn vmbo-leerlingen’.

Kortom, alles behalve wenselijk dat een lid van de Eerste Kamer, tevens bestuursvoorzitter van een onderwijsorganisatie, namens diezelfde onderwijsorganisatie een beroep doet op een lid van de Regering. Minister Slob reageerde 25 juni 2018 in de Vaste Kamercommissie daarentegen wél correct. Hij verweet het LVO-bestuur “een karikatuur te maken van de werkelijkheid” en ging dus niet in op uitspraken van de bestuursvoorzitter danwel de Senator.

Voorkom mist

Het uitoefenen van nevenfuncties is zoals gemeld sterk aan te bevelen. Wel moet je 7×24 uur ervan bewust zijn dát je die verschillende petten op hebt. In dit geval komt het je eigen integriteit, de organisatie waar je werkt én het gremium waar je een nevenfunctie uitoefent niet ten goede als er mist ontstaat. Niet handig, niet slim en niet goed voor het imago van alle betrokkenen.