Zaakwaarneming geen grond voor vertegenwoordiging vennootschap

door 3 mei 2022wetgeving

In een procedure die speelde bij het gerechtshof Amsterdam stond de vraag centraal of de vennootschap X BV rechtsgeldig werd vertegenwoordigd door haar minderheidsaandeelhouders.[1]

[1] Gerechtshof Amsterdam 8 april 2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:4053.

>

RvC legt verzoek naast zich neer

In deze zaak stellen drie minderheidsaandeelhouders van een holding dat een 100% dochter van de holding, X BV, een opeisbare vordering tot schadevergoeding van ruim € 22 miljoen heeft op de meerderheidsaandeelhouders van diezelfde holding. Onder die meerderheidsaandeelhouders bevindt zich de enig bestuurder van X BV. Volgens de minderheidsaandeelhouders is de bestuurder van X BV niet bereid om die vordering namens de vennootschap geldend te maken tegen (onder anderen) zichzelf, omdat hij een tegenstrijdig belang heeft. De minderheidsaandeelhouders verzoeken daarop de raad van commissarissen om in te grijpen, maar de RvC legt dit verzoek naast zich neer.

“Wat de minderheids-
aandeelhouders wel hadden kunnen doen, was het opstarten van een enquêteprocedure.”

Michel van Veen is advocaat bij ThuisPartners sinds augustus 2021. Hij is werkzaam op het gebied van het arbeidsrecht, het ondernemingsrecht en het verbintenissenrecht. Zo adviseert en (waar nodig) procedeert hij onder andere over aandeelhoudersgeschillen, aansprakelijkheden, ontslagkwesties, overgang van onderneming en (commerciële) contracten. 

Michel van Veen
Advocaat bij Thuis Partners

043-352 13 97

Stel uw vraag aan Frank van Buren van Delfin Executives

>>

Onvoldoende voor geldig beroep op zaakwaarneming

Voor de minderheidsaandeelhouders vormt het niet geldend maken van de vordering afgeleide schade, waarvan in beginsel enkel X BV vergoeding kan vragen door de vordering in te stellen. Nu het bestuur van X BV de vordering niet instelt, daalt de waarde van de aandelen in X BV en daarmee automatisch de waarde van de aandelen die de minderheidsaandeelhouders in de holding houden. Om te bewerkstelligen dat X BV de vordering alsnog instelt, werpen de minderheidsaandeelhouders zich op als zaakwaarnemer van X BV en dient namens de vennootschap een verzoekschrift in tot het leggen van beslag ten laste van de meerderheidsaandeelhouders.

Zowel de voorzieningenrechter als het gerechtshof wijzen het verzoek af op de grond dat X BV niet rechtsgeldig is vertegenwoordigd door de minderheidsaandeelhouders. Uit de rechtspraak volgt immers dat zaakwaarneming tegen de wil van degene wiens belang wordt behartigd, niet mogelijk is, behoudens uitzonderlijke omstandigheden. Een voorbeeld van een uitzonderlijke omstandigheid is de aanwezigheid van een acute noodsituatie. De minderheidsaandeelhouders voerde als uitzonderlijke omstandigheid aan dat de veronderstelde wil van de vennootschap niet parallel loopt met de wil van het bestuur, de RvC en de algemene vergadering. Volgens het hof is dit – mede gelet op het dwingendrechtelijke bevoegdheidsregime van Boek 2 BW – onvoldoende om een geldig beroep op zaakwaarneming te doen. Van uitzonderlijke omstandigheden is in deze zaak dus niet gebleken.

Michel van Veen is advocaat bij ThuisPartners sinds augustus 2021. Hij is werkzaam op het gebied van het arbeidsrecht, het ondernemingsrecht en het verbintenissenrecht. Zo adviseert en (waar nodig) procedeert hij onder andere over aandeelhoudersgeschillen, aansprakelijkheden, ontslagkwesties, overgang van onderneming en (commerciële) contracten. 

Michel van Veen
Advocaat bij Thuis Partners

043-352 13 97

Stel uw vraag aan Frank van Buren van Delfin Executives

>>>

Voor de praktijk

Uit deze uitspraak kan worden afgeleid dat minderheidsaandeelhouders die het niet eens zijn met het beleid en handelen van het bestuur de vennootschap niet kunnen vertegenwoordigen door een beroep te doen op zaakwaarneming. Indien dit anders zou zijn, dan zou daarmee de dwingendrechtelijke bevoegdheidsverdeling van Boek 2 BW via een omweg worden doorbroken.

Wat de minderheidsaandeelhouders eventueel wel hadden kunnen doen, was het opstarten van een enquêteprocedure om zo de gedragingen van de meerderheidsaandeelhouders en het bestuur te toetsen. Daarbij kunnen de minderheidsaandeelhouders tevens het verzoek doen aan de Ondernemingskamer om een zogeheten OK-functionaris aan te wijzen die als exclusieve bevoegdheid en taak heeft om namens de vennootschap de vordering in te stellen.

Kennisbank

Wij delen graag onze kennis

We hebben inmiddels al meer dan 250 artikelen in onze kennisbank opgenomen. En deze stellen wij graag aan u beschikbaar!

Vacatures

Diverse organisatie hebben vacatures

Vacatures in Limburg, Brabant en Gelderland binnen private en publieke organisaties overzichtelijk gepresenteerd.

Share This